Onderzoek naar de inkomens van professionals in de Nederlandse film- en televisiesector

Aanleiding
Naar aanleiding van het onderzoek “Beter is nog niet goed” (februari 2022) en de daaropvolgende Point of VieW conferentie “Naar een nieuw perspectief in film en tv” (april 2022) bleken breed gedeelde vragen te bestaan over de inkomensverschillen tussen vrouwelijke en mannelijke professionals in de film- en televisiesector en of er sprake is van een zogenoemde ‘genderloonkloof’; een aantoonbaar en niet op kennis en ervaring berustend verschil in inkomen tussen vrouwen en mannen.
Dit leidde tot het plan hier onderzoek naar te doen en een vragenlijst uit te sturen om de inkomens van professionals in kaart te brengen en mogelijke verschillen tussen vrouwen, mannen en non-binaire professionals te onderzoeken.[1]
Om het onderzoek een verdieping te laten zijn van “Beter is nog niet goed”, is besloten dat het zich richt op professionals die op sets en in post-productie werkzaam zijn. Om mogelijke intersectionele aspecten te kunnen duiden, wordt tevens gekeken naar verschillen met betrekking tot een aantal persoonlijke en demografische kenmerken.

Doel
Er bestaat anekdotisch bewijs dat vrouwen en mensen uit andere gemarginaliseerde groepen voor hetzelfde werk minder verdienen en dit is wettelijk verboden. Inzicht in de inkomsten van verschillende groepen professionals is cruciaal voor een rechtvaardige beloning.
Het doel van het onderzoek is in eerste instantie om te onderzoeken en bloot te leggen of er sprake is van een eventuele genderloonkloof; een aantoonbaar en niet op kennis en ervaring berustend verschil in inkomen tussen vrouwen en mannen. Hierbij wordt naast gender eveneens gekeken naar een beperkt aantal persoonlijke en demografische kenmerken om mogelijke intersectionele dimensies te kunnen duiden.
Met de resultaten van het onderzoek kunnen we binnen de sector een discussie entameren over de uitkomsten, vervolgstappen en oplossingen. Vrouwen in Beeld gelooft er sterk in dat verandering in de sector ook vanuit de sector zelf moet komen en ondersteunt dit proces met behulp van onderzoek en activiteiten. De resultaten van dit onderzoek dragen daaraan bij.

Onderzoeksvraag
De onderzoeksvraag die leidend is bij dit onderzoek luidt als volgt: hoe verhouden de inkomens van vrouwelijke, mannelijke en non-binaire professionals werkzaam in de film- en televisiesector zich tot elkaar? Hierbij wordt naast gender eveneens gekeken naar een beperkt aantal persoonlijke en demografische kenmerken om mogelijke intersectionele dimensies te kunnen duiden.

Methode
*Vragenlijst
Het onderzoek wordt uitgevoerd aan de hand van een vragenlijst. Deze vragenlijst is erop gericht de drempel voor het invullen zo laag mogelijk te leggen en aan zoveel mogelijk professionals die werken op film- en televisiesets en in post-productie, ruimte te bieden de lijst in te vullen.
Voor de ontwikkeling van de vragenlijst is gebruik gemaakt van diverse ervaringen en expertises.
* HTH Research doet al langer verschillende onderzoeksprojecten met AV-professionals, ook naar inkomens, en heeft een behulpzame ‘handreiking’ inkomstenonderzoek onder kunstenaars gepubliceerd.[2]
* HTH Research heeft de Monitor gedeeld die ze regelmatig voor ACT acteursbelangen uitvoeren.
* De vakvereniging van editors, Nederlandse Cinema Editors (NCE), heeft inzicht gegeven in de jaarlijkse enquête onder editors, waarin onder andere naar inkomen wordt gevraagd.
* De producentenverenigingen NAPA en NCP hebben eind 2021 een Ledeninventarisatie Arbeidsmarktagenda uitgestuurd en de hierbij gebruikte vragenlijst met ons gedeeld.

Deze input heeft geleid tot een vragenlijst die relevant, begrijpelijk en laagdrempelig is en tegelijkertijd valide data oplevert. De vragenlijst bestaat uit drie onderdelen. Het eerste deel betreft werkzaamheden en ervaringen, het tweede deel betreft hoeveelheid en soorten werk en inkomen en het derde deel betreft persoonlijke kenmerken. Respondenten wordt gevraagd antwoorden te geven met betrekking tot kalenderjaar 2022.

Door het stellen van deze vragen in verschillende categorieën, hopen we verschillende subgroepen met elkaar te kunnen vergelijken alsmede relaties te onderzoeken tussen verschillende variabelen. We hopen op deze manier iets te kunnen zeggen over het verschil tussen mensen met verschillende genderidentiteiten maar ook tussen professionals met verschillende maten van ervaring en verschillende persoonlijke kenmerken. Zo kunnen we analyseren of er significante (d.w.z. hoogst waarschijnlijk niet op toeval gebaseerde) verschillende zijn tussen groepen en of – en zo ja welke – correlaties (verbanden) er bestaan tussen bijvoorbeeld ervaring en inkomen. Ook kunnen we kijken hoe deze verschillen tussen subgroepen.

*Respondenten
Het onderzoek richt zich op professionals die op sets en in post-productie werkzaam zijn. Deze professionals zijn werkzaam in vakgebieden als scenario, productie, regie, camera, licht, acteren, art direction, kostuum, haar- en make-up, setgeluid, montage, muziek, sound design en beeld-en geluidsnabewerking.
Om de vragenlijst zo breed mogelijk uit te zetten, wordt samenwerking gezocht met verschillende vakverenigingen en koepelorganisaties, onder andere diegene het manifest van Vrouwen in Beeld hebben onderschreven . De vragenlijst zal via deze verenigingen en organisaties worden uitgezet, zodat zoveel mogelijk professionals bereikt worden.
Teneinde professionals die geen lid zijn van een van de vakorganisaties de mogelijkheid te geven de vragenlijst in te vullen, worden uitvoerend producenten, head of productions en postproductie-supervisors benaderd om de vragenlijst uit te zetten bij de crew en cast van de producties die zij in 2022 hebben geleid.

*Databewerking en analyse
Nadat de data zijn verzameld, worden deze opgeschoond en geanalyseerd. Hierbij wordt gekeken naar de verschillen tussen vrouwen en mannen en non-binaire professionals in verschillende beroepen alsmede de overeenkomst en verschillen tussen groepen op basis van een beperkt aantal persoonlijke en demografische kenmerken.
Het waarborgen van de vertrouwelijkheid van de antwoorden is een prioriteit voor ons. Daarom worden antwoorden gepseudonimiseerd. Dit betekent dat we elke respondent een nummer geven om ze uit elkaar te houden. De vragenlijst is vertrouwelijk. We zullen geen uitspraken doen over individuele respondenten. Het onderzoek is gericht op verschillende groepen professionals en niet op individuen.

Samenwerking met de sector
Voor het onderzoek is bewust gekozen om nauw samen te werken met partijen uit de film- en televisiesector, zoals vakverenigingen en koepelorganisaties. Dat heeft twee redenen: het creëren van draagvlak en van toegang.
Vrouwen in Beeld streeft naar een grotere zichtbaarheid en verbetering van de arbeidsmarktpositie van vrouwelijke professionals in de film- en televisiesector. Dergelijke veranderingen komen beter van de grond als ze gedragen worden door de sector en betrokkenen zelf, in plaats van dat ze top-down worden opgelegd. Vandaar dat voor elk onderzoek samenwerking wordt gezocht met specifieke partijen en in gezamenlijkheid het onderzoek wordt ontwikkeld: wat willen betrokkenen onderzoeken en hoe zou dat kunnen gebeuren? Alleen door samen op te trekken doen we recht aan de vragen die leven en maximaliseren we de mogelijkheid dat de uitkomsten worden omarmd.
Samenwerking is eveneens belangrijk voor toegang: toegang tot professionals die zichzelf en hun werk willen ‘laten onderzoeken’. Het is voor wetenschappers over het algemeen lastig om toegang te krijgen tot de film- en televisiesector, met name bij de machtigste spelers, zoals Hollywood en Netflix, of in Nederland bij grote speelfilm- en serieproducenten. Mediawetenschappers en antropologen (die vaak dezelfde methoden gebruiken) hebben hier al regelmatig op gereflecteerd.[4] Door gebruik te maken van ons netwerk, ons open te stellen voor wat er in de sector leeft en professionals de ruimte te geven het onderzoek mede vorm te geven, ontstaat onderzoek dat gericht is op de behoeften van de sector.

De vragenlijst voor dit onderzoek wordt ontwikkeld in samenwerking met de DAFF en Platform ACCT. Op deze manier wordt vanuit de sector zelf bepaald wat in kaart gebracht kan en moet worden.  Ook de distributie van de vragenlijst wordt in nauwe samenwerking met de sector georganiseerd. Tegelijkertijd wordt de expertise van de betrokken onderzoekers ingezet om te zorgen dat aan wetenschappelijke integriteit wordt voldaan.
De hier beschreven manier van samenwerken ervaren we als een productieve manier om het onderzoek inhoudelijk vorm te geven en organisatorisch van de grond te krijgen. Daarbij wordt de ervaring en expertise van alle betrokkenen gewaardeerd en ingezet.  Bovendien vergroot het de kans dat de uitkomsten goed zullen landen en worden opgepakt door de sector. Wij zien de uitkomsten immers als een beginpunt voor een volgende stap.

 

…………………………………………………………………………………………

Referenties

  • Mayer, Vicki. 2008. ‘Studying up and F**cking up: Ethnographic Interviewing in Production Studies’. Cinema Journal 47 (2): 141–48;
  • Ortner, Sherry B. 2010. ‘Access: Reflections on Studying up in Hollywood’. Ethnography 11 (2): 211–33.
  • Vinken, Henk. ‘Handreiking inkomstenonderzoek’. HTH Research, 24 November 2017. https://www.boekman.nl/verdieping/publicaties/handreiking-inkomstenonderzoek.

[1] Een aantal filmfestivals in Nederland (NFF, IDFA, IFFR, Movies that Matter, Kaboom en Cinekid) laat momenteel een onderzoek uitvoeren naar de verschillen in arbeidsvoorwaarden tussen de festivals en een omgevingsanalyse maken met betrekking tot arbeidsvoorwaarden bij andere culturele instellingen. Dit onderzoek staat los van het hier beschreven loonkloofonderzoek en wordt uitgevoerd door Berenschot.

[2] Henk Vinken, ‘Handreiking inkomstenonderzoek’ (HTH Research, 24 November 2017).

[3] Zie bijlage ‘Manifest Vrouwen in Beeld’

[4] Zie bijvoorbeeld Mayer, Vicki. 2008. ‘Studying up and F**cking up: Ethnographic Interviewing in Production Studies’. Cinema Journal 47 (2): 141–48; Ortner, Sherry B. 2010. ‘Access: Reflections on Studying up in Hollywood’. Ethnography 11 (2): 211–33.

Home